Meerjarenbalans (Bedragen X € 1.000) | Prognose eindbalans 2025 | Prognose eindbalans 2026 | Prognose eindbalans 2027 | Prognose eindbalans 2028 | Prognose eindbalans 2029 |
---|---|---|---|---|---|
Immateriële vaste activa | 1.465 | 1.380 | 1.295 | 1.210 | 1.125 |
Materiële vaste activa | 327.737 | 347.042 | 366.237 | 384.990 | 403.338 |
Financiële vaste activa | 35.424 | 36.652 | 36.716 | 36.780 | 20.379 |
TOTAAL VASTE ACTIVA | 364.626 | 385.074 | 404.248 | 422.980 | 424.842 |
Voorraden | 4.699 | 4.816 | -2.539 | 4.462 | 72 |
Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar | 21.000 | 21.000 | 21.000 | 21.000 | 21.000 |
Liquide middelen (kas- en banksaldi) | 41 | 41 | 41 | 41 | 41 |
Overlopende activa | 6.000 | 6.000 | 6.000 | 6.000 | 6.000 |
TOTAAL VLOTTENDE ACTIVA | 31.740 | 31.857 | 24.502 | 31.503 | 27.113 |
TOTAAL ACTIVA | 396.366 | 416.931 | 428.750 | 454.483 | 451.955 |
Meerjarenbalans (Bedragen X € 1.000) | Prognose eindbalans 2025 | Prognose eindbalans 2026 | Prognose eindbalans 2027 | Prognose eindbalans 2028 | Prognose eindbalans 2029 |
Eigen vermogen | 90.192 | 80.961 | 83.335 | 91.683 | 96.221 |
Saldo Begroting | -3.647 | -1.267 | 4.570 | 1.104 | 4.623 |
Voorzieningen | 14.235 | 13.673 | 13.410 | 11.856 | 12.464 |
Vaste schulden met rentetypische looptijd > één jaar | 190.713 | 211.210 | 217.907 | 244.603 | 241.219 |
TOTAAL VASTE PASSIVA | 291.493 | 304.576 | 319.222 | 349.246 | 354.527 |
Netto vlottende schulden met rentetypische looptijd < één jaar | 58.873 | 66.354 | 63.528 | 59.238 | 51.429 |
Overlopende passiva | 46.000 | 46.000 | 46.000 | 46.000 | 46.000 |
TOTAAL VLOTTENDE PASSIVA | 104.873 | 112.354 | 109.528 | 105.238 | 97.429 |
TOTAAL | 396.366 | 416.931 | 428.750 | 454.484 | 451.955 |
Met het oog op een betere raming en beheersing van het EMU-saldo wordt in het BBV voorgeschreven dat bij de uiteenzetting van de financiële positie een geprognosticeerde balans moet worden opgenomen. Deze balans moet meerjarig zijn en geeft inzicht in de ontwikkeling van onder andere de investeringen, het aanwenden van reserves en voorzieningen en de financieringsbehoefte.
De presentatie moet aansluiten bij de balans in de jaarrekening maar behoeft niet dezelfde mate van detail te kennen. In de prognose zitten een aantal aannames omdat de toekomstige mutaties ongewis zijn. Bij de prognose van de eindbalansen van de jaren 2025 t/m 2029 is rekening gehouden met de mutaties voortvloeiende uit:
- Het investeringsprogramma 2026-2029 en de openstaande kredieten uit voorgaande jaren. Uitgangspunt hierbij is dat er per jaar een bedrag van € 30 miljoen wordt uitgegeven aan investeringen zoals opgenomen in § 5.3. omdat a) de realisatie van investeringen de afgelopen jaren structureel achterblijft bij de in de begroting geraamde bedragen, b) de bedragen genoemd in de jaarschijven van het Investeringsprogramma (IP) niet volledig in het genoemde jaar worden uitgegeven als gevolg van fasering in de uitgaven, waardoor verschuivingen optreden naar volgende jaren. De genoemde bedragen in kolom 2026 van het IP worden niet volledig uitgegeven in het jaar 2026 maar deels ook in 2027, 2028, 2029 en verdere jaren. Hetzelfde geldt voor de genoemde bedragen in de kolommen 2027, 2028 en 2029.
- De actualisatie grondexploitaties 2025
- De mutaties in de reserves en voorzieningen
- De reguliere begroting 2026 inclusief meerjarenraming
- De financieringsbehoefte voor de jaren 2026 tot en met 2029 zoals uiteengezet in de paragraaf financiering.